EIP oproep 2019

Operationele groepen oproep 2019

In totaal werden vijf operationele groepen in verschillende sectoren geselecteerd.

Melkvee

Groenteteelt

Akkerbouw – groenteteelt

Zwerfstromen opsporen op melkveebedrijven

Korte samenvatting

Melkveebedrijven zijn uitgerust met talloze elektrische apparaten die risico’s op ‘zwerfstromen’ met zich meebrengen. Zwerfstroom ontstaat wanneer stroom afwijkt van het gewenste elektrische circuit, bv. door een gebrekkige isolatie of aarding. Dit kan voor veel ongemak zorgen bij de koeien. Afhankelijk van de locatie van het probleem worden de koeien nerveus, stampen ze, vermijden ze bepaalde plekken in de stal, drinken of eten ze minder, laten ze de melk niet voldoende schieten en worden ze niet volledig uitgemolken. Dit laatste kan indirect tot mastitis leiden. In ernstige gevallen weigeren de koeien zelfs om nog naar de melkstal of melkrobot te gaan. Dit leidt tot een sterke daling in de melkproductie, van het dierenwelzijn en van de arbeidsefficiëntie van het bedrijf. Melkveehouders zoeken soms jarenlang naar de oorzaken van deze problemen.

De kennis over het herkennen, opmeten en oplossen van zwerfstroom is nog beperkt en versnipperd. Deze operationele groep wil zwerfstroom sneller detecteren en oplossen en de aandacht vestigen op een correcte aarding en isolatie van elektrische componenten in de melkstal. Enerzijds wordt het bestaande protocol voor het opmeten van zwerfstroom in de praktijk geëvalueerd en gevalideerd. Anderzijds wordt de kennis over zwerfstroom in Vlaanderen gebundeld en verder verspreid in de sector en worden praktijkopleidingen georganiseerd voor melkmachinetechniekers, zodat veehouders met eventuele problemen sneller vooruit geholpen kunnen worden. Het uiteindelijke doel van de operationele groep is  zwerfstroom sneller te detecteren en op te lossen en dat er op termijn nog meer aandacht gaat naar een correcte aarding en isolatie van elektrische componenten in de melkstal.

Duurtijd en partners

1 juli 2019  - 30 juni 2021

  • ILVO – Eenheid Technologie & Voeding, coördinator
  • MCC Vlaanderen
  • Fedagrim
  • Prevent Agri
  • Fullwood
  • 5 melkveebedrijven: Sanders-Vrins LV, LV Van Der Schoot, Voermans LV, Vercauteren-Rotthier, Stefaan & Steven Louf

Biokoe gezond droog

Korte samenvatting

Deze operationele groep wil, samen met de biologische melkveehouders van het BioBedrijfsNetwerk (BBN) Melkvee, de mogelijkheden in kaart brengen om de transitie naar het droogzetten van biologische melkkoeien zonder of met heel beperkt gebruik van antibiotica te vergemakkelijken. Er is in de loop van de jaren veel ervaringskennis opgebouwd over het gebruik van alternatieve middelen en het aanpassen van de bedrijfsvoering om uierontsteking met een minimaal gebruik van antibiotica te voorkomen. De aanpak op de bedrijven om de koeien droog te zetten en het antibiotica gebruik terug te dringen, is zeer divers. Leden van het BBN realiseerden een goede uiergezondheid met speenafsluiters en met een beperkt of geen gebruik van antibiotica. Dit opende de ogen van de collega’s. Opdat die individuele aanpak ook door de bredere groep van biologische melkveehouders zou kunnen worden toegepast, wordt hij duidelijk en toegankelijk gemaakt en afgetoetst  aan wetenschappelijke inzichten. De operationele groep vertrekt vanuit de praktijkervaringen met verschillende droogzetstrategieën van de biologische melkveehouders en brengt die in kaart, samen met de melkveehouders. Daarvoor vergelijkt hij de managementmaatregelen die een invloed kunnen hebben op de uiergezondheid en documenteert ze met cijfers rond antibioticagebruik en kengetallen voor uiergezondheid, aangevuld met recente wetenschappelijke inzichten. Zo wil de groep komen tot een aangepaste droogzetstrategie op maat van de biologische melkveehouderij. Deze informatie kan vervolgens als leidraad dienen voor omschakelende melkveehouders in een ‘biologische’ aanpak van uiergezondheid en kan bedrijven helpen bij het optimaliseren van de uiergezondheid met een beperkt antibioticagebruik.

Duurtijd en partners

1 juli 2019 – 30 juni 2021

  • Inagro, coördinator
  • Odisee
  • Universiteit Gent, Faculteit Diergeneeskunde
  • Bioforum Biobedrijfsnetwerk (BBN)
  • 3 biologische melkveehouders: Jacob Devreese, Philip Sinnaeve, Wouter Claerbout

BAVET: beheersing van bacterievlekken in de veldslateelt

Korte samenvatting

De laatste jaren wordt veldsla courant aangetast door de bacterie Acidovorax valerianellae. De aantasting is te herkennen aan zwarte vettige bladvlekjes. In een sterk gemechaniseerde teelt als veldsla is het echter niet mogelijk om bacteriezieke plantjes voor of bij oogst uit te sorteren. Bij een infectie is een groot deel van de oogst vaak onverkoopbaar. Tijdens de bewaring kan de aantasting bovendien nog uitbreiden. Ook jonge bedrijven, die amper een jaar bezig zijn met het telen van veldsla, krijgen te maken met deze bacteriële aantasting. Het probleem verspreidt zich snel en het risico op verdere verspreiding is groot. Het is niet duidelijk hoe de insleep en verspreiding van de bacterie gebeuren.

Veldsla is weinig energiebehoeftig, goed te mechaniseren en aan een opmars bezig. Binnen de diversificatie van de glasteelten in Vlaanderen, is het belangrijk dat telers die overschakelen naar een alternatieve teelt zoals de veldslateelt goed worden ondersteund.

Dit project wil de insleep van A. valerianellae in de serre in kaart brengen, een efficiënte beheersstrategie opstellen en telers over de risico’s informeren. Ten eerste wil de operationele groep de niet-besmette bedrijven beschermen via een preventieve aanpak om insleep en overdracht van de bacteriën te verhinderen. Daarvoor zal hij de insleep en overdracht van A. valerianellae in de serre karakteriseren. Ten tweede zal de groep oplossingen bieden  voor bedrijven die reeds besmet zijn. Daarvoor zullen innovatieve beheersingstechnieken worden uitgetest op hun effectiviteit, naast beheersstrategieën die al effectief bleken op de praktijkcentra en die on-farm gedemonstreerd zullen worden.

Duurtijd en partners

1 september 2019 – 31 augustus 2021

  • Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt (PCG), coördinator
  • ILVO Plant
  • Proefstation voor de Groenteteelt (PSKW)
  • Inagro
  • 8 veldslatelers: Geert Timmerman, Patrick Vermeersch, Matthias Haghedooren, Bart Verhoest, Peter Goossens, Filip Verlae, Emiel de Vocht, Rink Visbeel
  • DCM
  • Koppert Machines
  • EM Agriton
  • Roam Technology
  • Simox
  • TACO

AWAIR – AfvalWater voor Irrigatie

Korte samenvatting

In AWAIR werken tuinbouwers, Aquafin en onderzoekers samen aan een structurele oplossing voor de toenemende frequentie van waterschaarste en voor de druk op natuurlijke waterbronnen. Uit klimaatstudies blijkt dat de neerslag tijdens de zomer zal afnemen, waardoor droogteperiodes frequenter zullen voorkomen. Oppervlaktewater, hemelwater of grondwater zullen dan niet meer volstaan om de verhoogde vraag naar irrigatiewater in te lossen. Om dit tekort aan te pakken, biedt het gebruik van gezuiverd effluent van rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI’s) een belangrijk potentieel. Vlaanderen valoriseert deze waterbron momenteel zeer beperkt. RWZI’s zijn nochtans talrijk en verwerken dagelijks grote volumes water. Ze zouden het jaar rond zeer lokaal een aanzienlijke hoeveelheid water beschikbaar kunnen stellen. AWAIR wil als alternatieve waterbron voor irrigatie de eerste stappen  zetten in het gebruik van gezuiverd effluent dat afkomstig is van rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWI’s).

Voor drie tuinbouwclusters, namelijk twee glastuinbouwregio’s (Melsele en Duffel) en een regio met groenten in open lucht (Sint-Amands), wordt op bedrijfsschaal en op perceelsniveau de vraag naar irrigatiewater afgetoetst met de beschikbaarheid van gezuiverd effluent. Het is van cruciaal belang dat de kwaliteitseisen voldoende hoog zijn. De Vlaamse en Europese wetgeving zijn hierbij het uitgangspunt. Een gebiedsanalyse en de resultaten van de screening van zuiveringstechnologieën maken deel uit van de haalbaarheidsstudies voor de drie clusters. Voor minstens één cluster wordt de inzet van gezuiverd effluent gedemonstreerd. De resultaten van het project zullen verspreid worden via diverse communicatiekanalen. De onderzoekers zijn betrokken bij andere Europese projecten en zullen ook via EIP-Agri contact zoeken met andere operationele groepen om expertise uit te wisselen. Het project bouwt bovendien sterk op SuWaNu Europe, een Europees netwerk dat focust op het hergebruik van behandeld afvalwater in de landbouw. De synergie van deze projecten zal  het gebruik van gezuiverd effluent in Vlaanderen stimuleren.

Duurtijd en partners

15 november 2019 – 14 november 2021

  • Proefstation voor de Groenteteelt (PSKW), coördinator
  • Aquafin
  • Vlaams Kenniscentrum Water (VLAKWA)
  • 2 vollegrondsgroentetelers: Groentenhof Rudy Croket, Marc Van den Bosshe
  • 3 glasgroentetelers: Eco-Doc Bart Dockx, Pijl LV Jos en Wim Pijl, Stannuco Steven van Nuffelen
  • Belorta
  • POM Antwerpen

Waterketen

Korte samenvatting

Het klimaat verandert en bruikbaar water wordt steeds schaarser. Het sluiten van de waterkringloop wordt daarom belangrijker dan ooit. Dit project wil een brug slaan tussen bedrijven en landbouw om de ‘waterketen’ te versterken. Het belangrijkste doel van deze operationele groep is een aftoetsingsmatrix op te stellen om het effluent van industriële afvalwaterzuiveringsinstallaties (AWZI’s) te (her)gebruiken als irrigatie- en fertigatiewater (behoud van nutriënten) in de landbouw. Op basis van deze aftoetsingsmatrix zal de landbouwer, afhankelijk van het perceel en het gewas, kunnen beslissen om een bepaald AWZI-effluent al dan niet te benutten. Deze matrix houdt zowel rekening met het type industrie, de aanwezige technieken op de AWZI’s met de daaraan gelinkte eindkwaliteit, als met de gebruiksvoorwaarden voor de eindgebruiker. De gebruiksvoorwaarden hangen af van het type gewas (aardappelen, maïs, bladgroenten, niet-voeding), de perceelsvoorwaarden en de mogelijke risico’s (cross-contaminatie en micropolluenten). Daarnaast wordt ook de geldende wetgeving opgenomen. Het eindresultaat moet een duidelijk wettelijk- en kwaliteitskader zijn voor het gebruik van effluent van AWZI’s op landbouwgronden. Zo zullen de verschillende betrokken schakels binnen de ‘waterketen’ weten welke  stappen ze in periodes van droogte (of het heel jaar rond) moeten nemen. Het project zal een breed kader voor heel Vlaanderen en voor verschillende industrieën (slachterij, melkerij, aardappelverwerking, vergisting, brouwerij) uitwerken. Daarbij zal ook de mogelijke benutting van grijs-water voor de in het project betrokken landbouwers concreet worden uitgewerkt. Via een klankbordgroep, nieuwsbrieven en een afsluitend event kunnen alle geïnteresseerde stakeholders in Vlaanderen betrokken blijven en feedback leveren.

Duurtijd en partners

1 september 2019 – 28 februari 2021

  • United Experts (DLV), coördinator
  • Labo Ecca
  • Viaco
  • LIPA Family
  • Agrogas
  • 6 landbouwers: Jan Verbist, Dirk Bervoets, Tinneke Princen, Mark Huybregts, Louis Van den Borne, Dirk Van Ginhoven, Jef Daems
  • Vlaamse Milieumaatschappij (VMM)
  • Watercircle
  • UGent - EcoChem

Gedetailleerdere informatie over deze projecten vindt u via Europees partnerschap voor innovatie (EIP) - operationele groepen.

Deze communicatie kadert binnen het derde Vlaams programma voor Plattelandsontwikkeling 2014 – 2020 (PDPO III). Meer informatie vindt u op de volgende websites: www.vlaanderen.be/pdpo en www.ruraalnetwerk.be.

Meer info

Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling
Delen: