Op deze pagina
- Subsidie: "Projectsubsidie Bio zoekt Boer/Bio zoekt Keten 2021-2022"
- Subsidie: "Financiering kerntaken BioForum 2021"
- Subsidie: "Coördinatiecentrum praktijkgericht onderzoek en voorlichting biologische teelt (CCBT vzw) 2021"
- Subsidie: "Coördinatiecentrum praktijkgericht onderzoek en voorlichting biologische teelt (CCBT vzw) 2020-2021"
- Projectsubsidie: "Bioclusters 2021-2022"
- Projectsubsidie: "Hogeschool Gent – Onderzoekcentrum AgroFoodNature"
- Projectsubsidie: "Universiteit Gent"
- Projectsubsitie: "Berekend omschakelen naar bio"
- Subsidie: "Coördinatiecentrum praktijkgericht onderzoek en voorlichting biologische teelt (CCBT vzw) 2022"
- Subsidie aan BioForum vzw voor “Haalbaarheidsstudie voor aangepaste infrastructuur voor post-harvestbehandeling van granen en eiwitgewassen”
Projectsubsidie Bio zoekt Boer/Bio zoekt Keten 2021-2022
De hieronder beschreven maatregelen vallen onder art. 21 en 24 van de vrijstellingsverordening (EU) nr. 702/2014 en worden zoals voorgeschreven in artikel 9 aan de Europese Commissie ter kennis gegeven. De steunmaatregelen voldoen aan alle in hoofdstuk I van de verordening (EU) nr. 702/2014 vastgestelde voorwaarden. Enkel kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (KMO’s) die actief zijn in de landbouwsector komen in aanmerking voor de steun (artikel 1, lid 1, verordening (EU) nr. 702/2014). Bedrijven in moeilijkheden worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014) Bedrijven waartegen een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerder besluit van de Commissie waarin steun onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard, worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014) De steun is transparant overeenkomstig artikel 5, lid 2, a), verordening (EU) 702/2014.
De steun dient voor de financiering van acties op het gebied van beroepsopleiding en de verwerving van vaardigheden, waaronder opleidingscursussen, workshops en coaching, demonstratieactiviteiten en voorlichtingsacties (artikel 21, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014). De steun dekt de in aanmerking komende kosten zoals vermeld in artikel 21, lid 3 en 4 van verordening (EU) nr. 702/2014. De steun mag niet de vorm aannemen van rechtstreekse geldelijke betalingen aan de begunstigden (artikel 21, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014). De organisaties die acties inzake kennisoverdracht en voorlichting aanbieden, beschikken over hiertoe gekwalificeerd en geregeld opgeleid personeel (artikel 21, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014). De steun moet beschikbaar zijn voor al degenen die in het betrokken gebied op grond van objectief bepaalde voorwaarden daardoor in aanmerking komen (artikel 21, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014). De subsidiabele activiteit zijn acties inzake kennisoverdracht en voorlichting en de steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100 % van de in aanmerking komende kosten (artikel 21, lid 8, verordening (EU) nr. 702/2014).
De hieronder beschreven maatregelen vallen onder art. 24 van de vrijstellingsverordening (EU) nr. 702/2014 en worden zoals voorgeschreven in artikel 9 aan de Europese Commissie ter kennis gegeven. De steunmaatregelen voldoen aan alle in hoofdstuk I van de verordening (EU) nr. 702/2014 vastgestelde voorwaarden.De steun dient voor de financiering van de kosten van publicaties om landbouwproducten beter bekend te maken bij het brede publiek.In deze publicaties mag geen specifieke onderneming, merknaam of oorsprong worden vermeld. De steun dekt de in aanmerking komende kosten, vermeld in artikel 24, lid 5, van verordening (EU) nr. 702/2014. De steun bedraagt hoogstens 100% van de in aanmerking komende kosten (artikel 24, lid 8, verordening (EU) nr. 702/2014).
De steun voor het uitvoeren van de marktstudies, vermeld in artikel 4, 3°, a), wordt verleend onder de vorm van de-minimissteun en onder de voorwaarden als vermeld in verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de landbouwsector, PB L 352, 24 december 2013, p. 9–17.
Overeenkomstig artikel 3, lid 2, van de voormelde verordening ligt het totale bedrag aan de-minimissteun dat wordt verleend, niet hoger dan 20.000 euro over een periode van drie belastingjaren.
Begunstigde in 2021
Een subsidie van maximaal 246.622,57 EUR wordt toegekend voor de uitvoering van het project “Bio zoekt Boer en Bio zoekt Keten 2021-2022” voor de periode van 1 april 2021 tot en met 31 maart 2022.
De subsidie wordt als volgt verdeeld:
- Een bedrag van 125.749 euro voor Bio zoekt Keten uitgevoerd door BioForum Vlaanderen vzw (Regine Beerplein 1 bus E305 te 2018 Antwerpen)
- Een bedrag van 120.873,57 euro voor Bio zoekt Boer door Boerenbondvereniging voor Projecten/Innovatiesteunpunt voor landbouw en platteland (Diestsevest 40 te 3000 Leuven)
Doelstellingen en verwachte realisaties in 2021
- Een brede gezamenlijke basiswerking: a) samenwerking tussen Bio zoekt Boer en Bio zoekt Keten met het oog op afstemming tussen vraag en aanbod van biologische producten;
- informeren en sensibiliseren over het project;
- advisering en proactieve begeleiding van gangbare boeren en marktdeelnemers;
- marktinformatie en vragen doorgeven aan boeren en marktdeelnemers;
- vorming door het organiseren van bio-bedrijfsbezoeken;
- Specifiek Bio zoekt Boer:
- informeren, adviseren en kennis overdragen naar gangbare boeren over (omschakelen naar) de biologische productiemethode;
- groepslessen organiseren en doceren over de biologische productie;
- informatie verstrekken via artikels en publicaties;
- Specifiek Bio zoekt Keten:
- marktstudies uitvoeren en publiek ter beschikking stellen van alle marktdeelnemers;
- vraag en aanbod op elkaar afstemmen door: faciliteren van deelname aan buitenlandse beurzen, onderzoeken en oplossen van knelpunten in de keten, informeren over grondstoffen en afzet, samenwerking binnen de keten stimuleren;
- bedrijven in de keten stimuleren om een biologisch aanbod uit te werken.
Subsidie "Financiering kerntaken BioForum 2021"
De hieronder beschreven maatregelen vallen onder art. 21 en 24 van de vrijstellingsverordening (EU) nr. 702/2014 en worden zoals voorgeschreven in artikel 9 aan de Europese Commissie ter kennis gegeven. De steunmaatregelen voldoen aan alle in hoofdstuk I van de verordening (EU) nr. 702/2014 vastgestelde voorwaarden. Enkel kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (KMO’s) die actief zijn in de landbouwsector komen in aanmerking voor de steun (artikel 1, lid 1, verordening (EU) nr. 702/2014). Bedrijven in moeilijkheden worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014) Bedrijven waartegen een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerder besluit van de Commissie waarin steun onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard, worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014) De steun is transparant overeenkomstig artikel 5, lid 2, a), verordening (EU) 702/2014.
De steun dient voor de financiering van acties op het gebied van beroepsopleiding en de verwerving van vaardigheden, waaronder opleidingscursussen, workshops en coaching, demonstratieactiviteiten en voorlichtingsacties (artikel 21, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014). De steun dekt de in aanmerking komende kosten zoals vermeld in artikel 21, lid 3 en 4 van verordening (EU) nr. 702/2014. De steun mag niet de vorm aannemen van rechtstreekse geldelijke betalingen aan de begunstigden (artikel 21, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014). De organisaties die acties inzake kennisoverdracht en voorlichting aanbieden, beschikken over hiertoe gekwalificeerd en geregeld opgeleid personeel (artikel 21, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014). De steun moet beschikbaar zijn voor al degenen die in het betrokken gebied op grond van objectief bepaalde voorwaarden daardoor in aanmerking komen (artikel 21, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014). De subsidiabele activiteit zijn acties inzake kennisoverdracht en voorlichting en de steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100 % van de in aanmerking komende kosten (artikel 21, lid 8, verordening (EU) nr. 702/2014).
De hieronder beschreven maatregelen vallen onder art. 24 van de vrijstellingsverordening (EU) nr. 702/2014 en worden zoals voorgeschreven in artikel 9 aan de Europese Commissie ter kennis gegeven. De steunmaatregelen voldoen aan alle in hoofdstuk I van de verordening (EU) nr. 702/2014 vastgestelde voorwaarden. De steun dient voor de financiering van de kosten van publicaties om landbouwproducten beter bekend te maken bij het brede publiek. In deze publicaties mag geen specifieke onderneming, merknaam of oorsprong worden vermeld. De steun dekt de in aanmerking komende kosten, vermeld in artikel 24, lid 5, van verordening (EU) nr. 702/2014. De steun bedraagt hoogstens 100% van de in aanmerking komende kosten (artikel 24, lid 8, verordening (EU) nr. 702/2014).
Begunstigde in 2021
Een subsidie van maximaal 338.400 EUR wordt toegekend aan Bioforum vzw, Regine Beerplein 1 bus E305, 2018 Antwerpen voor de werking “Financiering kerntaken Bioforum, werkjaar 2021”.
Doelstellingen en verwachte realisaties in 2021
M.b.v. deze subsidie worden volgende kerntaken van BioForum gesubsidieerd en uitgevoerd:
De steun wordt gegeven aan BioForum voor de financiering van hun kerntaken (werking):
- het bewerkstelligen van een groei van de markt door bio bekend te maken bij een grotere groep stakeholders uit de bioketen via informering, opleiding, advisering over contractcatering en overheidsaankopen;
- via kennisoverdracht, voorlichting, netwerkmomenten en bedrijfsbezoeken stimuleren van innovatie en kwaliteit van bio. De prioritaire acties zijn op gebied van gewasbescherming in de biosector, het sluiten van kringlopen, samenwerking tussen plantaardige en dierlijke sector, dierenwelzijn;
- de organisatie van de biobedrijfsnetwerken, opvolging en advisering over landbouwonderzoek en opvolging acties landbouwonderwijs;
- het verzorgen van de communicatie en informatie naar biologische marktspelers via de tweewekelijkse digitale nieuwsbrief, het trimestrieel vakblad BioActief, de verschillende websites (www.bioforumvlaanderen.be, www.biobedrijvengids.be), folders, brochures;
- het ondersteunen van de marktspelers, bijvoorbeeld via studiedagen, databanken, beantwoorden van vragen en vakbeurzen.
Subsidie "Coördinatiecentrum praktijkgericht onderzoek en voorlichting biologische teelt (CCBT vzw) 2021"
De hieronder beschreven maatregelen vallen onder art. 21 van de vrijstellingsverordening (EU) nr. 702/2014 en worden zoals voorgeschreven in artikel 9 aan de Europese Commissie ter kennis gegeven. De steunmaatregelen voldoen aan alle in hoofdstuk I van de verordening (EU) nr. 702/2014 vastgestelde voorwaarden. Enkel kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (KMO’s) die actief zijn in de landbouwsector komen in aanmerking voor de steun (artikel 1, lid 1, verordening (EU) nr. 702/2014). Bedrijven in moeilijkheden worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014) Bedrijven waartegen een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerder besluit van de Commissie waarin steun onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard, worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014) De steun is transparant overeenkomstig artikel 5, lid 2, a), verordening (EU) 702/2014.
De steun dient voor de financiering van acties op het gebied van beroepsopleiding en de verwerving van vaardigheden, waaronder opleidingscursussen, workshops en coaching, demonstratieactiviteiten en voorlichtingsacties (artikel 21, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014). De steun dekt de in aanmerking komende kosten zoals vermeld in artikel 21, lid 3 en 4 van verordening (EU) nr. 702/2014. De steun mag niet de vorm aannemen van rechtstreekse geldelijke betalingen aan de begunstigden (artikel 21, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014). De organisaties die acties inzake kennisoverdracht en voorlichting aanbieden, beschikken over hiertoe gekwalificeerd en geregeld opgeleid personeel (artikel 21, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014). De steun moet beschikbaar zijn voor al degenen die in het betrokken gebied op grond van objectief bepaalde voorwaarden daardoor in aanmerking komen (artikel 21, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014). De subsidiabele activiteit zijn acties inzake kennisoverdracht en voorlichting en de steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100 % van de in aanmerking komende kosten (artikel 21, lid 8, verordening (EU) nr. 702/2014).
Begunstigde in 2021
Een werkingssubsidie van maximaal 80.000 euro wordt toegekend aan CCBT vzw, Karreweg 6, 9770 Kruishoutem voor de periode vanaf 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021.
Doelstellingen van de werkingssubsidie
Het doel van het CCBT vzw is het praktijkgericht onderzoek en voorlichting ten behoeve van de biologische teelt te coördineren en te stimuleren in Vlaanderen. Het is de bedoeling om onder meer hiermee de dynamiek van de biologische teelt - binnen het kader van relevante Europese wetgeving - te bevorderen. Het CCBT heeft ook als taak om kwaliteitsbewaking te doen van het onderzoek en de voorlichting biologische teelt, uitgevoerd door de proefcentra.
- Het CCBT neemt in 2021 onder meer volgende taken op zich (niet-limitatief):
- Inventariseren en opvolgen van de noden inzake praktijkgericht onderzoek en voorlichting biologische teelt
- Zorgen voor het doorstromen van informatie over het praktijkgericht onderzoek biologische landbouw tussen de deelsectoren enerzijds en de partners anderzijds
- Coördineren en stimuleren van de voorlichting
- Afstemming met andere actoren in het onderzoek biologische teelt (zoals NOBL en Biobedrijfsnetwerken)
- Afstemming met actoren en netwerken binnen de biologische sector
- Ondersteuning bieden aan de proefcentra in de werking van de technische comités (biologische teelt)
- Netwerking met de gangbare landbouw en het landbouwonderzoek in het algemeen
- Algemene communicatie: CCBT-nieuwsbrief BIOpraktijk, website www.ccbt.be (of www.biopraktijk.be) en uniforme verslaggeving over de projecten
- Samenwerking met Nederland rond bundelen en verspreiden van onderzoeksresultaten voor de biologische landbouw
Subsidie "Coördinatiecentrum praktijkgericht onderzoek en voorlichting biologische teelt (CCBT vzw) 2020-2021"
De hieronder beschreven maatregelen vallen onder art. 21 en 31 van de vrijstellingsverordening (EU) nr. 702/2014 en worden zoals voorgeschreven in artikel 9 aan de Europese Commissie ter kennis gegeven. De steunmaatregelen voldoen aan alle in hoofdstuk I van de verordening (EU) nr. 702/2014 vastgestelde voorwaarden. Enkel kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (KMO’s) die actief zijn in de landbouwsector komen in aanmerking voor de steun (artikel 1, lid 1, verordening (EU) nr. 702/2014). Bedrijven in moeilijkheden worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014) Bedrijven waartegen een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerder besluit van de Commissie waarin steun onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard, worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014) De steun is transparant overeenkomstig artikel 5, lid 2, a), verordening (EU) 702/2014.
De steun dient voor de financiering van acties op het gebied van beroepsopleiding en de verwerving van vaardigheden, waaronder opleidingscursussen, workshops en coaching, demonstratieactiviteiten en voorlichtingsacties (artikel 21, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014).
De steun dekt de in aanmerking komende kosten zoals vermeld in artikel 21, lid 3 en 4 van verordening (EU) nr. 702/2014.
De steun mag niet de vorm aannemen van rechtstreekse geldelijke betalingen aan de begunstigden (artikel 21, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014).
De organisaties die acties inzake kennisoverdracht en voorlichting aanbieden, beschikken over hiertoe gekwalificeerd en geregeld opgeleid personeel (artikel 21, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014).
De steun moet beschikbaar zijn voor al degenen die in het betrokken gebied op grond van objectief bepaalde voorwaarden daardoor in aanmerking komen (artikel 21, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014).
De subsidiabele activiteit zijn acties inzake kennisoverdracht en voorlichting en de steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100 % van de in aanmerking komende kosten (artikel 21, lid 8, verordening (EU) nr. 702/2014).
Het gesteunde project moet van belang zijn voor alle ondernemingen die in de betrokken specifieke landbouwsector actief zijn (artikel 31, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014). Voor de begindatum van het project moet de informatie, vermeld in artikel 31, lid 3, van verordening (EU) nr. 702/2014 worden bekend gemaakt. De resultaten van het gesteunde project moeten worden beschikbaar gesteld op het internet overeenkomstig artikel 31, lid 4, van verordening (EU) nr. 702/2014 en zijn te verwachten tegen juli 2020/juli 2020 op de website van CCBT (www.ccbt.be). De steun wordt rechtstreeks toegekend aan de organisatie voor onderzoek en kennisverspreiding en de steun wordt niet toegekend in de vorm van op prijs van de landbouwproducten gebaseerde betalingen aan ondernemingen die actief zijn in de landbouwsector (artikel 31, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014). Enkel de kosten vermeld in artikel 31, lid 6, van verordening (EU) nr. 702/2014 komen in aanmerking. De steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100% van de in aanmerking komende kosten (artikel 31, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014).
Begunstigde in 2021
Een projectsubsidie van maximaal 249.996,12 EUR wordt toegekend aan CCBT vzw, Karreweg 6, 9770 Kruishoutem voor de uitvoering van onderzoeksprojecten in de periode vanaf 15 februari 2021 tot en met 31 december 2022.
Doelstellingen van de projectsubsidie voor onderzoeksprojecten 2021-2022
Optimalisatie aubergineteelt: rassenkeuze en belang van geënte planten
Aanvrager: Proefcentrum groenteteelt (PCG)
Samenvatting: Er heersen een aantal vragen rond de teelt van aubergines. Recent zijn er ontwikkelingen in de beschikbaarheid van zowel zaadvaste als hybride rassen aubergine, wat het voor telers niet altijd evident maakt om de juiste keuze te maken. Ook (bodemgebonden) ziekten en plagen hebben een cruciale invloed op het welslagen van de teelt. Op heden is echter niet geweten hoe deze verschillende rassen op de markt van elkaar verschillen in gevoeligheid voor ziekten en plagen. Enten is een belangrijke teelttechnische maatregel die zeker in de verwarmde serreteelt zijn nut al bewezen heeft. Of de meerwaarde van enten in een tunnelteelt voldoende groot is om de meerprijs van geënte planten te compenseren is echter niet duidelijk. Het doel van dit project is om telers een antwoord te bieden op bovenstaande vragen zodat ze weloverwogen keuzes kunnen maken die bijdragen tot een succesvolle aubergineteelt.
Doelgroep: biolandbouwers, potentiële omschakelaars en andere geïnteresseerde landbouwers
Budget: 26.187 euro
Ecoploegen of niet kerend: organische stof tot nadenken
Aanvrager: Inagro
Samenvatting: De klimaatopwarming liet zich de voorbije drie jaar ongenadig voelen en daagt biologische akkerbouwers en groentetelers uit om hun bodemmanagement robuuster te maken. In het buitenland spreekt men meer en meer van een ‘regeneratief bodembeheer’. Deze beweging is ontstaan in grootschalige akkerbouw- en veeteeltgebieden en krijgt er ook een groeiende aanhang. De Vlaamse situatie is op heden niet vergelijkbaar en vraagt om een eigen interpretatie. Niet kerende grondbewerking en groenbemesters zijn twee sleutelbegrippen waarmee ook in de Vlaamse biologische praktijk al heel wat ervaring is. Toch valt de puzzel niet steeds. Niet kerende grondbewerking is vaak nog vrij intensief en onder droge omstandigheden ligt het organisch materiaal afkomstig van gewasresten en mest schijnbaar inert aan de oppervlakte. In voorliggend project verkennen we enkele alternatieve strategieën en onderzoeken we of de ecoploeg onderdeel van het compromis kan zijn.
Doelgroep: biolandbouwers, potentiële omschakelaars en andere geïnteresseerde landbouwers
Budget: 39.821 euro
Combinatieteelten: mogelijkheden in de biologische bloementeelt
Aanvrager: Proefcentrum voor Sierteelt (PCS)
Samenvatting: Telers van biologische snijbloemen telen een heel ruim assortiment aan gewassen, gaande van bol- en knolgewassen, één- en tweejarige zomerbloemen, vaste planten tot snijheesters. Om de teeltoppervlakte zo optimaal mogelijk te benutten, zoekt men hier naar mogelijkheden om gewassen met verschillende bloei- en ontwikkelingsperiode met elkaar te combineren op dezelfde perceelslocatie. Dit project komt aan deze vraag van de sector tegemoet door aan de hand van een literatuurstudie extra kennis te verzamelen en te bundelen, een aantal gecombineerde teeltsystemen te demonstreren en na te gaan welke invloeden er zijn op enerzijds de productie en kwaliteit van de bloemen maar ook invloed op ziekte- en plaagdruk, arbeid, microklimaat en rendement anderzijds.
Doelgroep: biolandbouwers, potentiële omschakelaars en andere geïnteresseerde landbouwers
Budget: 19.000 euro
MELOSUN: biologische openluchtteelt van diverse types meloen
Aanvrager: Proefstation voor de Groenteteelt
Samenvatting: Meloenen worden op veel kleinschalige biologische tuinbouwbedrijven geteeld en vallen letterlijk en figuurlijk in de smaak. Vaak worden ze in tunnels geteeld omdat meloen een warmteminnende plant is. In die tunnels staan ook veel andere teelten, waardoor de plaats daar vaak beperkt is. Meloenen hebben ook potentieel om in openlucht geteeld te worden, zeker met de huidige verandering van het klimaat. Dit project bekijkt hoe de moeilijkheden die deze buitenteelt nog kent opgelost kunnen worden. In de eerste plaats richt dit project zich op de meer kleinschalige biologische telers, aangezien de teelt hier al meest ingeburgerd is. De resultaten van het project zullen echter deels of volledig relevant zijn voor andere biologische en gangbare telers die met de teelt van meloenen willen beginnen of hiermee reeds aan de slag zijn.
Doelgroep: biolandbouwers, potentiële omschakelaars en andere geïnteresseerde landbouwers
Budget: 9.990,12 euro
Op weg naar bioplanten kleinfruit
Aanvrager: Proefcentrum Pamel
Samenvatting: Het biologisch aanbod aan plantgoed van bramen en rode bes voor België is onbestaand en telers moeten hiervoor naar het buitenland of ontheffing vragen voor gangbaar plantgoed. Dit project heeft als doel om plantgoed van braam en rode bes op een biologische manier te vermeerderen om het daarna op te kweken met het oog op biologisch plantgoed te bekomen. Daarnaast zullen de bestaande gangbare vermeerderaars betrokken worden, met de bedoeling dat ze biologisch gecertificeerd
plantgoed op het eigen bedrijf beginnen vermeerderen. Het finale doel is om op het einde van het project aan de bestaande vermeerderaars en geïnteresseerde starters de nodige zekerheden en informatie te bieden zodat ze zelf aan de slag kunnen. De bekomen informatie zal vrij beschikbaar gesteld worden via een draaiboek zodat ook nieuwe initiatieven kunnen ontstaan.
Doelgroep: biolandbouwers, potentiële omschakelaars en andere geïnteresseerde landbouwers
Budget: 24.444 euro
Mogelijkheden voor Bokashi en beperkte periode van onderbegroeiing met groenbemesters als mineralenbron bij pitfruit
Aanvrager: Proefcentrum Fruit
Samenvatting: Op vraag van de Vakgroep Biologische Fruitteelt zal er onderzoek gebeuren naar de mogelijkheden van een beperkte periode van onderbegroeiing met groenbemesters bij pitfruit. Deze groenbemesters zouden enerzijds een relevante hoeveelheid stikstof moeten toedienen waardoor op termijn het gebruik van andere N-bronnen kan verlagen. Anderzijds moet de doorworteling van de bodem door de groenbemesters en het onderwerken van de biomassa bijdragen tot een betere bodemstructuur, een betere vochthuishouding en een verhoogd bodemleven. Naast het inzaaien van groenbedekkers zal ook de waarde van Bokashi in beeld worden gebracht. Dit is gefermenteerd groen materiaal dat na omzetting eveneens mineralen zou vrijzetten.
Doelgroep: biolandbouwers, potentiële omschakelaars en andere geïnteresseerde landbouwers
Budget: 35.555 euro
Klimaatrobuuste ruwvoederproductie
Aanvrager: Inagro
Samenvatting: Het doel van het project is de robuustheid en de veerkracht van biologische veebedrijven onder teeltomstandigheden die gekenmerkt worden door extremere weersomstandigheden, in het bijzonder frequentere en langere droogteperiodes tijdens het groeiseizoen, te verhogen. Dit project reikt voorbeelden, inzichten, praktische handvaten en expertise aan voor het diversifiëren en optimaliseren van het ruwvoederaanbod in het kader van de actuele klimaatproblematiek. Een eerste werkpakket focust op het verbeteren van de waterbuffercapaciteit en doorworteling van de bodem door middel van regenwormen. Hierbij wordt een demoproef opgezet en wordt daarnaast gesensibiliseerd rond maatregelen die de regenwormpopulatie kunnen bevorderen. Het tweede werkpakket focust op gekende klimaatrobuuste voedergewassen zoals droogtetolerante maaimengsels, sorghum, luzerne en esparcette. En in het laatste werkpakket wordt het potentieel van zonnekroon onderzocht als innovatief meerjarig klimaatrobuust voedergewas.
Doelgroep: biolandbouwers, potentiële omschakelaars en andere geïnteresseerde landbouwers
Budget: 59.990 euro
Alternatieve ontwormingsmiddelen voor biologsiche leghennen
Aanvrager: ILVO
Samenvatting: Worminfecties zijn een veel voorkomend kwaad in de leghennenhouderij en ter behandeling is enkel het allopathische geneesmiddel flubendazol toegestaan.. In de nieuwe Europese Wetgeving wordt mogelijks een minimum wachttijd van 48 uur ingevoerd Hierdoor kunnen de eieren in deze tijdspanne en gedurende de volledige behandelingsperiode niet als biologisch verkocht worden wat een negatief effect heeft op het arbeidsinkomen. Tot op heden is weinig informatie beschikbaar omtrent de relatie tussen infectiedruk en effect op productieparameters, waardoor er vaak op geijkte momenten wordt behandeld om te voorkomen dat er productieverlies zou optreden. Mogelijk wordt er op dit moment te vaak behandeld en zou het gebruik van alternatieve producten reeds de infectiedruk kunnen afremmen. Het doel van dit project is daarom de biologische leghennenhouder handvaten aan te reiken m.b.t optimaal gebruik en effectiviteit van deze alternatieven.
Doelgroep: biolandbouwers, potentiële omschakelaars en andere geïnteresseerde landbouwers
Budget: 35.009 euro
Projectsubsidie Bioclusters 2021-2022
De hieronder beschreven maatregelen vallen onder art. 21 van de vrijstellingsverordening (EU) nr. 702/2014 en worden zoals voorgeschreven in artikel 9 aan de Europese Commissie ter kennis gegeven. De steunmaatregelen voldoen aan alle in hoofdstuk I van de verordening (EU) nr. 702/2014 vastgestelde voorwaarden. Enkel kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (KMO’s) die actief zijn in de landbouwsector komen in aanmerking voor de steun (artikel 1, lid 1, verordening (EU) nr. 702/2014). Bedrijven in moeilijkheden worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014) Bedrijven waartegen een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerder besluit van de Commissie waarin steun onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard, worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014) De steun is transparant overeenkomstig artikel 5, lid 2, a), verordening (EU) 702/2014.
De steun dient voor de financiering van acties op het gebied van beroepsopleiding en de verwerving van vaardigheden, waaronder opleidingscursussen, workshops en coaching, demonstratieactiviteiten en voorlichtingsacties (artikel 21, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014).
De steun dekt de in aanmerking komende kosten zoals vermeld in artikel 21, lid 3 en 4 van verordening (EU) nr. 702/2014.
De steun mag niet de vorm aannemen van rechtstreekse geldelijke betalingen aan de begunstigden (artikel 21, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014).
De organisaties die acties inzake kennisoverdracht en voorlichting aanbieden, beschikken over hiertoe gekwalificeerd en geregeld opgeleid personeel (artikel 21, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014).
De steun moet beschikbaar zijn voor al degenen die in het betrokken gebied op grond van objectief bepaalde voorwaarden daardoor in aanmerking komen (artikel 21, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014).
De subsidiabele activiteit zijn acties inzake kennisoverdracht en voorlichting en de steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100 % van de in aanmerking komende kosten (artikel 21, lid 8, verordening (EU) nr. 702/2014).
Begunstigde in 2020
Een subsidie van maximaal 113.845,05 euro wordt toegekend voor de uitvoering van het project “Bioclusters “2021-2022” voor de periode 1 april 2021 tot en met 31 maart 2022.
De subsidie wordt als volgt verdeeld:
- Een bedrag van 37.643 euro voor het deel uitgevoerd door BioForum Vlaanderen vzw (Regine Beerplein 1 bus E305 te 2018 Antwerpen)
- Een bedrag van 76.172,05 euro voor het deel door Boerenbondvereniging voor Projecten/Innovatiesteunpunt voor landbouw en platteland (Diestsevest 40 te 3000 Leuven)
Doelstellingen van de subsidie
- uitvoeren van een sectorspecifiek stapsgewijs programma binnen de bioclusters:
- het organiseren van vormingen, bedrijfsbezoeken, infosessies en trefmomenten voor bioboeren en omschakelaars;
- Traject coaching van gangbare land- en tuinbouwers met interesse in bio (in de cluster);
- Informeren van partners, erfbetreders, beleidsmedewerkers,… over bio ten voordele van de biolandbouwers in de cluster;
- begeleiding en informeren van omschakelaars bij het organiseren van afzet of opzetten van samenwerkingen;
- lokale afzet stimuleren en regionale ketenontwikkeling door informatieverzameling over verwerkers en verkoopskanalen en de verspreiding van deze informatie naar landbouwers.
- opstarten van biodemobedrijven (bij voorkeur in de bioclusters) om potentiële omschakelaars op geregelde tijdstippen te ontvangen.
Hogeschool Gent – Onderzoekcentrum AgroFoodNature
De hieronder beschreven maatregelen vallen onder art. 21 en 31 van de vrijstellingsverordening (EU) nr. 702/2014 en worden zoals voorgeschreven in artikel 9 aan de Europese Commissie ter kennis gegeven. De steunmaatregelen voldoen aan alle in hoofdstuk I van de verordening (EU) nr. 702/2014 vastgestelde voorwaarden. Enkel kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (KMO’s) die actief zijn in de landbouwsector komen in aanmerking voor de steun (artikel 1, lid 1, verordening (EU) nr. 702/2014). Bedrijven in moeilijkheden worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014) Bedrijven waartegen een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerder besluit van de Commissie waarin steun onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard, worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014) De steun is transparant overeenkomstig artikel 5, lid 2, a), verordening (EU) 702/2014.
De steun dient voor de financiering van acties op het gebied van beroepsopleiding en de verwerving van vaardigheden, waaronder opleidingscursussen, workshops en coaching, demonstratieactiviteiten en voorlichtingsacties (artikel 21, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014).
De steun dekt de in aanmerking komende kosten zoals vermeld in artikel 21, lid 3 en 4 van verordening (EU) nr. 702/2014.
De steun mag niet de vorm aannemen van rechtstreekse geldelijke betalingen aan de begunstigden (artikel 21, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014).
De organisaties die acties inzake kennisoverdracht en voorlichting aanbieden, beschikken over hiertoe gekwalificeerd en geregeld opgeleid personeel (artikel 21, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014).
De steun moet beschikbaar zijn voor al degenen die in het betrokken gebied op grond van objectief bepaalde voorwaarden daardoor in aanmerking komen (artikel 21, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014).
De subsidiabele activiteit zijn acties inzake kennisoverdracht en voorlichting en de steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100% van de in aanmerking komende kosten (artikel 21, lid 8, verordening (EU) nr. 702/2014).
Het gesteunde project moet van belang zijn voor alle ondernemingen die in de betrokken specifieke landbouwsector actief zijn (artikel 31, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014). Voor de begindatum van het project moet de informatie, vermeld in artikel 31, lid 3, van verordening (EU) nr. 702/2014 worden bekend gemaakt. De resultaten van het gesteunde project moeten worden beschikbaar gesteld op het internet overeenkomstig artikel 31, lid 4, van verordening (EU) nr. 702/2014 en zijn te verwachten tegen juli 2020/juli 2020 op de website van CCBT. De steun wordt rechtstreeks toegekend aan de organisatie voor onderzoek en kennisverspreiding en de steun wordt niet toegekend in de vorm van op prijs van de landbouwproducten gebaseerde betalingen aan ondernemingen die actief zijn in de landbouwsector (artikel 31, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014). Enkel de kosten vermeld in artikel 31, lid 6, van verordening (EU) nr. 702/2014 komen in aanmerking. De steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100% van de in aanmerking komende kosten (artikel 31, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014).
Begunstigde in 2022
Een projectsubsidie van maximaal 150 000 euro wordt toegekend aan Hogeschool Gent, Onderzoekscentrum AgroFoodNature, voor de uitvoering van het onderzoeksproject ‘Natuurlijke vijanden stimuleren: een bankerplant-systeem in de bio-koolteelt’.
Doelstellingen van de projectsubsidie
Het project heeft als hoofddoelstelling de eerste stappen te zetten richting de ontwikkeling van een bankerplantsysteem die de natuurlijke beheersing van melige koolluis in de (bio)-koolteelt bevordert. Dergelijk systeem trekt niet alleen natuurlijke vijanden naar het gewas maar stelt hen ook in staat een stabiele populatie op te bouwen door hen te voorzien van alternatief voedsel (alternatieve prooien en/of nectar/pollen). Dit kan resulteren in plaagonderdrukking vanaf een vroeg stadium van de plaag gedurende de hele teeltduur en in een verminderde toepassing van gewasbeschermingsmiddelen.
Om dit te bereiken worden volgende deeldoelstellingen uitgewerkt:
- Screening plantensoorten
- De natuurlijke vijanden van melige koolluis aantrekken
- Alternatief voedsel aanreiken
- Koolplagen niet aantrekken
- Praktisch toepasbaar zijn
- Praktijktoepassing op perceelsniveau
- Demo en communicatie
Het doelpubliek van dit project bestaat uit de Vlaamse biologische en bij uitbreiding gangbare kooltelers.
Universiteit Gent
De hieronder beschreven maatregelen vallen onder art. 21 en 31 van de vrijstellingsverordening (EU) nr. 702/2014 en worden zoals voorgeschreven in artikel 9 aan de Europese Commissie ter kennis gegeven. De steunmaatregelen voldoen aan alle in hoofdstuk I van de verordening (EU) nr. 702/2014 vastgestelde voorwaarden. Enkel kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (KMO’s) die actief zijn in de landbouwsector komen in aanmerking voor de steun (artikel 1, lid 1, verordening (EU) nr. 702/2014). Bedrijven in moeilijkheden worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014) Bedrijven waartegen een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerder besluit van de Commissie waarin steun onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard, worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014) De steun is transparant overeenkomstig artikel 5, lid 2, a), verordening (EU) 702/2014.
De steun dient voor de financiering van acties op het gebied van beroepsopleiding en de verwerving van vaardigheden, waaronder opleidingscursussen, workshops en coaching, demonstratieactiviteiten en voorlichtingsacties (artikel 21, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014).
De steun dekt de in aanmerking komende kosten zoals vermeld in artikel 21, lid 3 en 4 van verordening (EU) nr. 702/2014.
De steun mag niet de vorm aannemen van rechtstreekse geldelijke betalingen aan de begunstigden (artikel 21, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014).
De organisaties die acties inzake kennisoverdracht en voorlichting aanbieden, beschikken over hiertoe gekwalificeerd en geregeld opgeleid personeel (artikel 21, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014).
De steun moet beschikbaar zijn voor al degenen die in het betrokken gebied op grond van objectief bepaalde voorwaarden daardoor in aanmerking komen (artikel 21, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014).
De subsidiabele activiteit zijn acties inzake kennisoverdracht en voorlichting en de steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100% van de in aanmerking komende kosten (artikel 21, lid 8, verordening (EU) nr. 702/2014).
Het gesteunde project moet van belang zijn voor alle ondernemingen die in de betrokken specifieke landbouwsector actief zijn (artikel 31, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014). Voor de begindatum van het project moet de informatie, vermeld in artikel 31, lid 3, van verordening (EU) nr. 702/2014 worden bekend gemaakt. De resultaten van het gesteunde project moeten worden beschikbaar gesteld op het internet overeenkomstig artikel 31, lid 4, van verordening (EU) nr. 702/2014 en zijn te verwachten tegen juli 2020/juli 2020 op de website van CCBT. De steun wordt rechtstreeks toegekend aan de organisatie voor onderzoek en kennisverspreiding en de steun wordt niet toegekend in de vorm van op prijs van de landbouwproducten gebaseerde betalingen aan ondernemingen die actief zijn in de landbouwsector (artikel 31, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014). Enkel de kosten vermeld in artikel 31, lid 6, van verordening (EU) nr. 702/2014 komen in aanmerking. De steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100% van de in aanmerking komende kosten (artikel 31, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014).
Begunstigde in 2022
Een projectsubsidie van maximaal 149.994 euro wordt toegekend aan Universiteit Gent, Sint-Pietersnieuwstraat 25, 9000 Gent voor de uitvoering van het onderzoeksproject ‘Naar een biologisch verantwoord methaan onderdrukkend rantsoen (Biomora)’ in de periode vanaf 1 april 2022 tot en met 31 maart 2024.
Doelstellingen van de projectsubsidie
De doelstellingen van de projectsubsidie zijn:
- Vanuit de biologische veehouderijsector met herkauwers bijdragen aan de doelstellingen van het Convenant Enterische emissies rundvee via rantsoenmaatregelen;
- Biologische (rund)veehouders praktische inzichten en handvaten aanreiken om via een aangepaste voederstrategie op maat van de mogelijkheden en beperkingen binnen een Vlaamse biologische context de enterische emissies van hun veestapel terug te dringen door:
- Biologische veehouders inzichten, middelen en strategieën aan te reiken om de methaanproductie door herkauwers te reduceren, die wettelijk, praktisch en ideologisch inpasbaar zijn in de biologische bedrijfsvoering;
- Inzicht te verkrijgen in de methaanreducerende eigenschappen van ruwvoedercomponenten op pensniveau;
- Ervaring op te bouwen met het telen, oogsten en bewaren van de meest beloftvolle methaanreducerende gewassen (grassen en kruiden);
- Resultaten van fundamenteel onderzoek zo dicht mogelijk laten aansluiten bij de praktijk;
Doelpubliek
Dit project richt zich in essentie tot alle Vlaamse biologische rundveehouders, zowel richting melkvee, vleesvee als dubbeldoelvee.
Projectsubsidie "Berekend omschakelen naar bio"
De hieronder beschreven maatregelen vallen onder art. 21 van de vrijstellingsverordening (EU) nr. 702/2014 en worden zoals voorgeschreven in artikel 9 aan de Europese Commissie ter kennis gegeven. De steunmaatregelen voldoen aan alle in hoofdstuk I van de verordening (EU) nr. 702/2014 vastgestelde voorwaarden. Enkel kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (KMO’s) die actief zijn in de landbouwsector komen in aanmerking voor de steun (artikel 1, lid 1, verordening (EU) nr. 702/2014). Bedrijven in moeilijkheden worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014) Bedrijven waartegen een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerder besluit van de Commissie waarin steun onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard, worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014) De steun is transparant overeenkomstig artikel 5, lid 2, a), verordening (EU) 702/2014.
De steun dient voor de financiering van acties op het gebied van beroepsopleiding en de verwerving van vaardigheden, waaronder opleidingscursussen, workshops en coaching, demonstratieactiviteiten en voorlichtingsacties (artikel 21, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014).
De steun dekt de in aanmerking komende kosten zoals vermeld in artikel 21, lid 3 en 4 van verordening (EU) nr. 702/2014.
De steun mag niet de vorm aannemen van rechtstreekse geldelijke betalingen aan de begunstigden (artikel 21, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014).
De organisaties die acties inzake kennisoverdracht en voorlichting aanbieden, beschikken over hiertoe gekwalificeerd en geregeld opgeleid personeel (artikel 21, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014).
De steun moet beschikbaar zijn voor al degenen die in het betrokken gebied op grond van objectief bepaalde voorwaarden daardoor in aanmerking komen (artikel 21, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014).
De subsidiabele activiteit zijn acties inzake kennisoverdracht en voorlichting en de steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100 % van de in aanmerking komende kosten (artikel 21, lid 8, verordening (EU) nr. 702/2014).
Begunstigde in 2021
Een subsidie van maximaal 63.000 euro wordt toegekend aan BB projecten vzw / Innovatiesteunpunt voor Land- en Tuinbouw, Diestsevest 40 te 3000 Leuven, voor de uitvoering van het project “Berekend omschakelen naar bio’ voor de periode 1 oktober 2021 tot en met 31 maart 2024.
Doelstellingen van de subsidie
- afbakening van twee sectoren en bepaling sectorspecifieke aanpak;
- oprichting van twee lerende netwerken:
- monitoring van deelnemende bedrijven gedurende twee boekhoudjaren;
- tussentijdse informatie-uitwisseling over de verzamelde gegevens met omschakelaars, technisch- en bioconsulenten;
- studiemomenten specifiek voor de biobedrijfsadviseurs;
- afsluitende studieavonden voor brede landbouwpubliek;
- publicatie artikels in landbouwvakbladen.
Subsidie Coördinatiecentrum praktijkgericht onderzoek en voorlichting biologische teelt (CCBT vzw) 2022
De hieronder beschreven maatregelen vallen onder art. 21 van de vrijstellingsverordening (EU) nr. 702/2014 en worden zoals voorgeschreven in artikel 9 aan de Europese Commissie ter kennis gegeven. De steunmaatregelen voldoen aan alle in hoofdstuk I van de verordening (EU) nr. 702/2014 vastgestelde voorwaarden. Enkel kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (KMO’s) die actief zijn in de landbouwsector komen in aanmerking voor de steun (artikel 1, lid 1, verordening (EU) nr. 702/2014). Bedrijven in moeilijkheden worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014) Bedrijven waartegen een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerder besluit van de Commissie waarin steun onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard, worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014) De steun is transparant overeenkomstig artikel 5, lid 2, a), verordening (EU) 702/2014.
De steun dient voor de financiering van acties op het gebied van beroepsopleiding en de verwerving van vaardigheden, waaronder opleidingscursussen, workshops en coaching, demonstratieactiviteiten en voorlichtingsacties (artikel 21, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014). De steun dekt de in aanmerking komende kosten zoals vermeld in artikel 21, lid 3 en 4 van verordening (EU) nr. 702/2014. De steun mag niet de vorm aannemen van rechtstreekse geldelijke betalingen aan de begunstigden (artikel 21, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014). De organisaties die acties inzake kennisoverdracht en voorlichting aanbieden, beschikken over hiertoe gekwalificeerd en geregeld opgeleid personeel (artikel 21, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014). De steun moet beschikbaar zijn voor al degenen die in het betrokken gebied op grond van objectief bepaalde voorwaarden daardoor in aanmerking komen (artikel 21, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014). De subsidiabele activiteit zijn acties inzake kennisoverdracht en voorlichting en de steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100 % van de in aanmerking komende kosten (artikel 21, lid 8, verordening (EU) nr. 702/2014).
Begunstigde in 2022
Een werkingssubsidie van maximaal 120.000 euro wordt toegekend aan CCBT vzw, Karreweg 6, 9770 Kruishoutem voor de periode vanaf 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022.
Doelstellingen van de werkingssubsidie
Het doel van het CCBT vzw is het praktijkgericht onderzoek en voorlichting ten behoeve van de biologische teelt te coördineren en te stimuleren in Vlaanderen. Het is de bedoeling om onder meer hiermee de dynamiek van de biologische teelt - binnen het kader van relevante Europese wetgeving - te bevorderen. Het CCBT heeft ook als taak om kwaliteitsbewaking te doen van het onderzoek en de voorlichting biologische teelt, uitgevoerd door de proefcentra.
Het CCBT neemt in 2022 onder meer volgende taken op zich:
- Inventariseren en opvolgen van de noden inzake praktijkgericht onderzoek en voorlichting biologische teelt
- Zorgen voor het doorstromen van informatie over het praktijkgericht onderzoek biologische landbouw tussen de deelsectoren enerzijds en de partners anderzijds
- Coördineren en stimuleren van de voorlichting
- Afstemming met andere actoren in het onderzoek biologische teelt (zoals NOBL en Biobedrijfsnetwerken)
- Afstemming met actoren en netwerken binnen de biologische sector
- Ondersteuning bieden aan de proefcentra in de werking van de technische comités (biologische teelt)
- Netwerking met de gangbare landbouw en het landbouwonderzoek in het algemeen
- Algemene communicatie: CCBT-nieuwsbrief BIOpraktijk en uniforme verslaggeving over de projecten
Subsidie aan BioForum vzw voor “Haalbaarheidsstudie voor aangepaste infrastructuur voor post-harvestbehandeling van granen en eiwitgewassen”
De hieronder beschreven maatregelen vallen onder art. 31 van de vrijstellingsverordening (EU) nr. 702/2014 en worden zoals voorgeschreven in artikel 9 aan de Europese Commissie ter kennis gegeven. De steunmaatregelen voldoen aan alle in hoofdstuk I van de verordening (EU) nr. 702/2014 vastgestelde voorwaarden. Enkel kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (KMO’s) die actief zijn in de landbouwsector komen in aanmerking voor de steun (artikel 1, lid 1, verordening (EU) nr. 702/2014). Bedrijven in moeilijkheden worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 6, verordening (EU) nr. 702/2014) Bedrijven waartegen een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerder besluit van de Commissie waarin steun onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard, worden uitgesloten voor de steun. (artikel 1, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014) De steun is transparant overeenkomstig artikel 5, lid 2, a), verordening (EU) 702/2014.
Het gesteunde project moet van belang zijn voor alle ondernemingen die in de betrokken specifieke landbouwsector actief zijn (artikel 31, lid 2, verordening (EU) nr. 702/2014). Voor de begindatum van het project moet de informatie, vermeld in artikel 31, lid 3, van verordening (EU) nr. 702/2014 worden bekend gemaakt. De resultaten van het gesteunde project moeten worden beschikbaar gesteld op het internet overeenkomstig artikel 31, lid 4, van verordening (EU) nr. 702/2014 en zijn te verwachten tegen juli 2020/juli 2020 op de website van CCBT (www.ccbt.be). De steun wordt rechtstreeks toegekend aan de organisatie voor onderzoek en kennisverspreiding en de steun wordt niet toegekend in de vorm van op prijs van de landbouwproducten gebaseerde betalingen aan ondernemingen die actief zijn in de landbouwsector (artikel 31, lid 5, verordening (EU) nr. 702/2014). Enkel de kosten vermeld in artikel 31, lid 6, van verordening (EU) nr. 702/2014 komen in aanmerking. De steunintensiteit bedraagt ten hoogste 100% van de in aanmerking komende kosten (artikel 31, lid 7, verordening (EU) nr. 702/2014).
Begunstigde in 2021
Een projectsubsidie van maximaal 45.100 EUR wordt toegekend aan BioForum vzw, Regine Beerplein 1 bus E305 2018 Antwerpen, rekeningnummer BE30 5230 8012 5311, hierna begunstigde te noemen, voor de uitvoering van het project “Haalbaarheidsstudie voor aangepaste infrastructuur voor post-harvestbehandeling van granen en eiwitgewassen”. in de periode vanaf van 1 februari 2022 tot en met 1 april 2023..
Doelstellingen van de “Haalbaarheidsstudie voor aangepaste infrastructuur voor post-harvestbehandeling van granen en eiwitgewassen”
- 1° inventarisering van het potentieel voor aangepaste infrastructuur voor post-harvestbehandeling van granen en eiwitgewassen
- 2° technische uitwerking
- 3° opstellen van het bussinessplan
- 4° uitwerken van de beheersstructuur
- 5° opstellen van een kwaliteitshandboek