Vlaanderen is goed voor ongeveer 7% van de Europese in- en uitvoer van agrarische producten (en afgeleiden)
Vlaanderen blijft ook in 2024 een netto-exporteur van agrarische producten. Het Vlaamse agrohandelsoverschot klokt af op 9,1 miljard euro. De uitvoer is in vergelijking met 2023 met 1,9% gestegen naar 56,7 miljard euro, maar de invoer is nog sterker gegroeid, met 6,1% tot 47,6 miljard euro. Vlaanderen vertegenwoordigt ongeveer 7% van de Europese in- en uitvoer van agrarische producten (en afgeleiden).
Het Vlaamse aandeel in de totale Belgische uitvoerwaarde van agrarische producten bedraagt 85%, bij de invoerwaarde is dat 87%. Het aandeel van Vlaanderen in de EU-handel van agrarische producten zit rond de 7% bij de uitvoer en 6,5% bij de invoer. België is in de EU de zesde grootste uitvoerder van agrarische producten en heeft het vierde grootste agrohandelsoverschot. Vlaanderen wordt gekenmerkt door een open economie en een exportgerichte agrovoedingsindustrie: we creëren meerwaarde door onbewerkte bulkproducten (bv. cacao, graan, oliezaden, aardappelen) om te zetten in min of meer verwerkte producten (bv. chocolade, koekjes, bier, diepvriesfrieten) en we voeren via onze havens ook uitheemse producten zoals bananen en kiwi’s door.
De handel in agrarische producten houdt veel beter stand dan de totale Vlaamse handel. De uitvoer van goederen zakte in 2024 in waarde met 4%, terwijl de invoer er 6% op achteruitging. De oorzaak wordt gezocht bij de vertraging van de wereldhandel. Het belang van de agrohandel in de totale Vlaamse handel is daardoor ook gegroeid. De agrarische producten zijn in 2024 goed voor 13% van de totale import en 15% van de export.
Door de hoge cacaoprijzen laten chocolade- en cacaoproducten de hoogste invoer- en uitvoerwaarde optekenen. Het handelsoverschot ligt boven een miljard euro. Aardappelbereidingen zoals diepvriesfrieten en -kroketten dragen in 2024 het sterkst bij tot het positieve handelssaldo, al is de export na het topjaar 2023 gedaald. In de top tien van exportproducten staan verder zuivelproducten, vers vlees (vooral varkensvlees), banketbakkerswerk (o.a. koekjes), vers fruit, veevoeders, meststoffen, landbouwwerktuigen en bestrijdingsmiddelen. Een aanzienlijk handelstekort is er bij granen, oliezaden, oliën, koffie, vis en wijn.
Nederland is de belangrijkste afzetmarkt voor agrovoedingsproducten uit Vlaanderen. Onze noorderburen klokken af op 10,4 miljard euro. Frankrijk en Duitsland volgen met respectievelijk 10,0 miljard en 8,1 miljard. Deze drie landen vertegenwoordigen 50% van de totale uitvoer van agrohandelsproducten uit Vlaanderen. Het Verenigd Koninkrijk staat met 5,8 miljard afgescheiden op de vierde plaats. De export naar Groot-Brittannië blijft na de Brexit gestaag stijgen. De twee voornaamste niet-Europese klanten zijn de Verenigde Staten en China.
Nederland exporteert naar Vlaanderen voor 14,5 miljard euro aan agrohandelsproducten en is daarmee goed voor 30% van onze invoerwaarde. Frankrijk en Duitsland staan op de tweede en derde plaats. Vlaanderen boekt het grootste agrohandelsoverschot met het Verenigd Koninkrijk, gevolgd door Duitsland en Frankrijk. Met Nederland, Ivoorkust, Brazilië, Oekraïne en Nieuw-Zeeland is er een stevig handelstekort.
Opvallend: in 2024 bereikte het Vlaamse agrohandelsoverschot met de Verenigde Staten een recordhoogte met +555 miljoen euro. In de VS zetten we vooral landbouwwerktuigen, cacaoproducten, aardappelbereidingen, banketbakkerswerk, meststoffen en diepvriesgroenten af. De invoer van tractors uit de VS viel sterk terug. De invoer uit Oekraïne piekte daarentegen naar 667 miljoen euro. Het gaat vooral om koolzaad, maïs, oliën en soja.