Bij druppelirrigatie wordt het water onmiddellijk aan de voet van de plant gebracht. Dit gebeurt door een netwerk van slangen met openingen (druppelaars) op regelmatige afstand waardoor het water gelijkmatig over het veld verdeeld wordt. Het aantal druppelaars per meter slang en het debiet bepalen de irrigatiehoeveelheid. Er wordt zowel gewerkt met dikwandige (duurder maar sterker: levensduur 3 jaar) als met dunwandige slangen (levensduur 1 jaar). Ongeveer 40% van het areaal courgette voor de verse markt wordt momenteel met druppelbevloeiing geïrrigeerd tegenover 30% met het kanon. De overige 30% wordt niet geïrrigeerd.
Voordelen
- water komt rechtstreeks bij de wortels, dus minder verdampingsverliezen;
- minder grote ziektedruk (gewas staat niet nat);
- minder gewasbeschadiging;
- toediening van meststoffen (fertigatie) en gewasbeschermingsmiddelen mogelijk;
- lage drukbehoefte (vaak 0,5 à 1 bar).
Nadelen
- arbeidsintensief bij installatie;
- relatief duur;
- relatief onderhoudsintensief (controle verstoppingen en lekken);
- zeer goede waterkwaliteit (veelal extra filtratie) nodig.