Watergift door middel van bevloeiingsmatten of vlies- en viltdoeken komt grotendeels overeen met de zandbedmethode. De planten zuigen het water op via capillair contact met de waterhoudende ondergrond. De laagdikte van het bevloeiingsmateriaal is echter meestal veel kleiner dan van een zandbed. Soms ligt de ondergrond op afschot. De geringe waterbuffer van het materiaal en de verdampingsverliezen maken het systeem als zelfstandige watervoorziening voor buiten minder geschikt. Als de bedden leeg liggen, bestaat bovendien de kans dat de bevloeiingsmatten wegwaaien.
De mat of het doek zorgt voor een gelijkmatige waterverdeling. Het verzadigingsniveau van de potgrond is sterk afhankelijk van de dikte van het bevloeiingsmateriaal en het waterhoudende vermogen. Het materiaal waarvan de bevloeiingsmat is gemaakt, de dikte van de mat, het gebruik van eventuele afdekmaterialen, het pottype en de potmaat en de gebruikte potgrond zijn van invloed op het functioneren van het systeem.
In vergelijking met zandbedden hebben bevloeiingsmatten een kleinere waterbuffer. De kans op vochttekort bij storingen is daardoor groter. Daar staat tegenover dat het vochtniveau in de potten sneller bij te sturen is. Bevloeiingsmatten worden ook toegepast in diverse gootsystemen en op tabletten. De goten kunnen dan ook dienen als transporttablet. De ervaringen met deze systemen zijn in de boomkwekerij nog beperkt.