Ecoregeling: ecologisch beheerd grasland

Deze ecoregeling stimuleert een ecologisch beheer van grasland via beperkende voorwaarden rond bemesting en het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Dat heeft een positief effect op de water-, lucht- en bodemkwaliteit. Doordat er géén gewasbeschermingsmiddelen of kunstmest toegepast worden, kan het grasland ook evolueren naar een botanisch meer divers grasland. Dat type grasland heeft een grote weerbaarheid tegen klimaatveranderingen. 

  • Eenjarige ecoregeling, jaarlijks aan te vragen
  • Voor percelen van minimum 0,30 ha 
  • Subsidiebedrag basis 300 euro/ha, bijkomend 100 euro/ha voor extensieve begrazing

Subsidievoorwaarden

  • U leeft de voorwaarden na die vermeld zijn in de algemene fiche over ecoregelingen en agromilieu-klimaatmaatregelen (zie fiche ‘Subsidies voor ecoregelingen en agromilieuklimaatmaatregelen – algemeen’).
  • U bent actieve landbouwer in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) (zie fiche ‘GLB – Actieve landbouwer’ op de webpagina ‘Actieve landbouwer’).
  • Het perceel is een perceel grasland en wordt zo aangegeven in de verzamelaanvraag.
  • Het perceel is gelegen in het Vlaams Gewest of Brussels Hoofdstedelijk Gewest 
  • De teelt wordt zonder ploegen aangehouden van 1 januari tot minstens 31 december. 
  • Op het perceel worden gedurende het hele jaar geen gewasbeschermingsmiddelen gebruikt, met uitzondering van pleksgewijze bestrijding van akkerdistel. 
  • Op het perceel worden gedurende het hele jaar geen kunstmeststoffen gebruikt.  
  • Het perceel is subsidiabel landbouwareaal.
  • De oppervlakte van het perceel bedraagt minstens 30 are
  • Het perceel moet de hele campagne in eigen gebruik zijn. 
  • Er is op het perceel geen beperking of verbod op het gebruik van bemesting of gewasbeschermingsmiddelen van toepassing op grond van geldende regelgeving (vb. percelen in kwetsbaar gebied natuur met norm 2 GVE/ha/jaar, historisch permanente graslanden met verbod of vergunningsplicht voor vegetatiewijziging, percelen met natuurbeheerplannen T3 of T4, percelen die overlappen met kwetsbaar gebied water, wetlands en veengebieden, …) of een aangegane verbintenis. 
  • Er mogen op het perceel geen wettelijke verplichtingen van toepassing zijn die de uitvoering van een of meer gelijkaardige voorwaarden vereisen die minstens zo ver gaan als de subsidievoorwaarden voor deze maatregel. 
  • Er mag op het perceel in hetzelfde jaar géén andere subsidie met een of meer gelijkaardige voorwaarden worden verleend. 
  • Teeltcodes die in aanmerking komen, zijn 60 grasland, 601 zaaizaad grassen, 63 graskruiden mengsel, 638 festulolium, 660 grasluzerne, 700 grasklaver, 745 mengsel van gras en vlinderbloemige, 9827 weiland met oogstbare hoogstambomen (> 200 bomen/ha), 9828 natuurlijk grasland met onderhoud.
  • De mestbalans op uw bedrijf voldoet aan de voorwaarden van de mestwetgeving (= instapvoorwaarde).

Subsidiebedrag

Het subsidiebedrag omvat het basisbedrag voor de maatregel (€ 300) en een bijkomende vergoeding voor extensieve begrazing (€ 100). 

Subsidieaanvraag basismaatregel

De subsidieaanvraag voor de maatregel ‘ecologisch beheerd grasland’ verloopt via de verzamelaanvraag 2024. De subsidie wordt aangevraagd door de bijkomende bestemming ‘EBG’ op te geven bij de percelen waarop u ecologisch beheerd grasland toepast.

Bijkomende subsidie voor extensieve begrazing

Voor percelen grasland die extensief begraasd worden, kan een bijkomende subsidie aangevraagd worden. 

  • Bijkomende vergoeding van 100 euro/ha.
  • U moet gedurende de hele campagne beschikken over een actief veebeslag voor herkauwers.
  • Aan te vragen door naast de bijkomende bestemming ‘EBG’ ook de bijkomende bestemming ‘EXB’ op het perceel te zetten.
  • Voor percelen grasland die begraasd worden en waarvan de veebezetting op elk moment niet hoger is dan maximaal 2 GVE per ha, gerekend over alle percelen met aanvraag voor deze bijkomende premie.

In onderstaande tabel zijn de omrekeningsfactoren opgenomen waarmee het maximum van 2 grootvee-eenheden bepaald wordt.

Tabel: Omrekeningsfactoren voor grootvee-eenheid (GVE) per diercategorie
Diersoort categorie GVE
Rund < 6 m 0,4
Rund > 6 m en < 2 j 0,6
Rund > 2 jaar 1
Schapen en geiten Alle categorieën 0,1
Paardachtigen < 6 m 0
Paardachtigen > 6 m 1
Varken Zeugen > 50 kg 0,5
Varken Andere varkens, incl. gespeende biggen 0,3
Pluimee Leghennen 0,014

Subsidie combineren met andere subsidies

In bepaalde gevallen kunnen de subsidies voor ecoregelingen en de agromilieuklimaatmaatregelen gecombineerd worden met elkaar of met andere subsidies. Zie combinatietabellen voor welke combinaties mogelijk zijn

 

Delen: