Conditionaliteit in het gemeenschappelijk landbouwbeleid
De conditionaliteit vormt samen met ecoregelingen, agromilieuklimaatmaatregelen en de beheerovereenkomsten de basispijlers van de nieuwe groene architectuur, die invulling geeft aan de hogere milieu- en klimaatambities van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB).
“Conditionaliteit” is de nieuwe term voor de randvoorwaarden in het vorige GLB waarin ook al een aantal ‘goede landbouw en milieucondities’ (GLMC) waren opgenomen. De verplichtingen zijn nog meer gericht op verduurzaming en omvatten ook verplichtingen die golden voor het ontvangen van de vergroeningspremie in het vorige GLB. De vergroeningspremie zelf valt hierdoor weg. Europa legt het kader vast voor de conditionaliteit, maar Vlaanderen vult dit verder in op basis van de uitdagingen in Vlaanderen.
De overgang van randvoorwaarden naar de conditionaliteit luidt een aantal wijzigingen in:
- Zo komt gewasrotatie in de plaats van gewasdiversificatie zoals die gekend was onder de vergroening.
- Ook zal er meer focus liggen op niet-productief areaal in plaats van het ecologisch aandachtsgebied onder vergroening onder het vorige GLB. Een minimum percentage van het bouwland zal moeten aangehouden worden als niet-productief areaal.
- Daarnaast wordt het bestaande verbod in het kader van de geïntegreerde bestrijding (IPM) op de teelt van wortel-, knol- of bolgewassen op met knolcyperus-besmette percelen, opgenomen in de conditionaliteit.
- Ook de aanleg van bufferstroken langs waterlopen vormt een belangrijk element van de conditionaliteit.
De conditionaliteit omvat GLMC’s en beheerseisen.
Algemeen
Goede landbouw- en milieucondities (GLMC)
- Behoud blijvend grasland (GLMC 1) - versie 07.02.2024
- Checklist blijvend grasland (GLMC1) - versie 07.02.2024
- Bescherming van wetlands en veengebieden (GLMC 2) - versie 07.02.2024
- Handhaving organisch bodemmateriaal (GLMC 3) - versie 07.02.2024 en
Bodemstaalnames - en analyses ter ondersteuning van een duurzame bedrijfsvoering – schema. - Bufferstroken langs waterlopen (GLMC 4) - versie 07.02.2024 en
Verplichtingen bufferstroken langs waterlopen (incl. GLMC 4) - schema - Bodembewerkingsbeheer om erosie tegen te gaan (GLMC 5) - versie 07.02.2024
- Minimale bodembedekking (GLMC 6) - versie 07.02.2024 en
Conditionaliteitsverplichting minimale bodembedekking - schema - Gewasrotatie op bouwland (GLMC 7) - versie 08.02.2024 - de Tabel teeltgroepen gewasrotatie vindt u op de webpagina 'Tabellen'
- Biodiversiteit op landbouwbedrijven (GLMC 8) - versie 26.02.2024
- Bescherming van ecologisch kwetsbaar blijvend grasland (GLMC 9 & 10) - versie 07.02.2024
Beheerseisen (RBE)
- Kaderrichtlijn water (RBE 1) - versie 07.02.2024
- Nitraatrichtlijn (RBE 2) - versie 07.02.2024
- Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn (RBE 3 en 4) - versie 07.02.2024
- Verordening Voedselveiligheid (RBE 5) - versie 07.02.2024
- Hormonenrichtlijn (RBE 6) - versie 07.02.2024
- Verordening op markt brengen gewasbeschermingsmiddelen (RBE 7) - versie 07.02.2024
- Richtlijn duurzaam gebruik pesticiden (RBE 8) - versie 07.02.2024
- Dierenwelzijn (RBE 9, 10, 11) - versie 07.02.2024
Erosie
Formulier bezwaar erosiegevoeligheid percelen 2024
Met dit standaardformulier kunt u bezwaar indienen tegen de erosiegevoeligheid van percelen in de verzamelaanvraag 2024. Bezwaren over percelen 2024 moet u uiterlijk op 30 april 2024 indienen.
Formulier verlaging erosieklasse op basis van C-gehalte 2024
Dit standaardformulier kunt u gebruiken voor het aanvragen van verlaging van de erosiegevoeligheid van de percelen in de verzamelaanvraag 2024. Deze verlaging kunt u bekomen aan de hand van een analyse van het koolstofgehalte (C%) en de zuurtegraad (pH) van het perceel.
Flowchart paarse en rode percelen
Bodemerosiekaart met aanduiding van de erosiegevoeligheid van de percelen
Wanneer u op deze pagina klikt op de kaart 'Potentiële bodemerosiekaart per perceel' komt u rechtstreeks op de kaart waar u kunt terugvinden in welke erosiegevoeligheidsklasse een bepaald perceel is ingedeeld.