Op deze pagina:
- Visienota glastuinbouw
- Energieprestatie en binnenklimaat bij landbouwgebouwen
- Enerpedia
- VLIF-steun voor energie-investeringen in de landbouw
- Artikels
Visienota glastuinbouw
Wat betreft de zoektocht naar maatregelen om het fossiel energiegebruik in de glastuinbouwsector te beperken en tevens om in te spelen op de negatieve gevolgen van de recente energiecrisis heeft het Agentschap Landbouw en Zeevisserij een traject opgestart met stakeholders uit de sector. De doelstelling van dit traject was inzicht te krijgen in het potentieel van technologie en maatregelen op korte, middellange en lange termijn dat leidt tot reductie van broeikasgasemissies. Via het traject werd een meersporen aanpak bekomen gebaseerd op het denkkader van de Trias Energetica dat steunt op de drie pijlers: (1) de energievraag beperken, (2) duurzame energiebronnen gebruiken en (3) fossiele brandstoffen efficiënt gebruiken.
Dit traject heeft geleid tot de visienota “Op weg naar een klimaatneutralere Vlaamse glastuinbouw 2030-2050, acties voor een nieuwe energietransitie”, waarin de vereiste acties voor de glastuinbouw sector op korte, middellange en lange termijn worden geformuleerd.
Energieprestatie en binnenklimaat bij landbouwgebouwen
Vanaf 1 januari 2015 zijn de normen van EPB-regelgeving, volgens de Europese richtlijn, ook van toepassing bij nieuwbouw of grondige renovatie van bepaalde landbouwgebouwen. In overleg met de landbouwsector en het Agentschap Landbouw en Zeevisserij heeft het Vlaams Energie Agentschap algemeen haalbare en aanvaardbare EPB-eisen vastgesteld.
Wat?
EPB staat voor ‘Energie Prestatie en Binnenklimaat’ en betekent dat nieuw te bouwen of grondig te renoveren woningen, industriegebouwen, kantoren, werkruimten, recreatieruimten … kortom zowat alle gebouwen waar mensen wonen, werken en ontspannen sinds 2006 moeten voldoen aan bepaalde normen voor isolatie (muren, vloeren, daken, …) en ventilatie. Dit om het energieverbruik te reduceren en de luchtkwaliteit in gebouwen te bewaren.
Concreet gaat het om de volgende normen:
- Maximale U - waarde (uitgedrukt in W/m²K): isolatienorm voor scheidingsconstructies zoals muren, daken, vloeren, vensters en poorten aan. Deze geeft aan hoeveel het warmteverlies bedraagt doorheen scheidingsconstructies, zowel één materiaalsoort als combinatie van materialen (bv. betonelement + isolatiemateriaal, vensterglas, …). Hoe hoger de U-waarde hoe meer warmteverliezen en dus hoe slechter de isolatie. De U-waarde is onder meer afhankelijk van de isolatiewaarde (Lambda-waarde) en van de dikte van het materiaal.
- Maximale K-peil: indicator voor de globale isolatie van het gebouw en houdt rekening met U-waarde én de compactheid van het gebouw (verhouding volume van het gebouw versus de verliesoppervlakte van het gebouw). Een rechthoekig gebouw presteert op energievlak veel beter dan een gebouw met hoeken en kanten.
- Minimale ventilatie: indicator voor de minimale luchtkwaliteit in een gebouw en bepaalt hoeveel verse lucht er aangevoerd moet worden. De minimale ventilatie wordt uitgedrukt in aantal m³ verse lucht per uur en per persoon in ruimtes waar personen aanwezig zijn (bv. bureel, werkruimtes: 22 m³/h per persoon) of m³ verse lucht per uur en per m² vloeroppervlakte in ruimtes waar de menselijke bezetting beperkt is (bv. opslagruimte: 1,3 m³/h per m² vloeroppervlakte).
Welke landbouwgebouwen?
Enkel landbouwgebouwen die behoorlijk wat energie verbruiken voor verwarming, koeling of ventilatie, met name serres voor warme teelten, productieloodsen, bewaarloodsen, varkens- en pluimveestallen, moeten voldoen aan deze specifieke EPB-eisen.
Andere landbouwgebouwen, waar het energieverbruik vrij beperkt en isolatie minder zinvol is, zoals melk- en vleesveestallen, stallen voor kalverhouderij, geiten, schapen en paarden, serres voor koude teelten, machineloodsen, … worden vrijgesteld van EPB-eisen.
Voor de landbouwgebouwen waarvoor wel specifieke EPB-eisen gelden zijn er, mits grondige argumentatie, steeds individuele afwijkingen mogelijk.
Welke normen?
- Ventilatie: De landbouwgebouwen, waar geen mensen wonen of werken (vb. bureelruimten), worden beschouwd als ‘speciale ruimtes’, waarvoor er geen debietseis geldt.
- K-peil: De landbouwgebouwen worden vrijgesteld van het K-peil.
- U-waardes: Wat betreft de U-waarden werden, in samenspraak met de landbouwsector, volgende isolatienormen voor landbouwgebouwen vastgesteld:
Type landbouwgebouw | Afwijkende U-waarden vanaf 1/01/2015 |
---|---|
|
Maximale U-waarde voor:
|
Serres warme teelten: vruchtgroenten, snijbloemen, kamerplanten… waarbij een minimale stooktemperatuur van 12°C of meer aangehouden wordt. | Er worden geen EPB-waarden vastgesteld, op voorwaarde dat klimaatcomputer (automatische regeling voor temperatuur en luchtvochtigheid) en energiescherm geïnstalleerd zijn |
Opgelet!
- Bovenvermelde verblijfruimtes voor dieren en ruimtes voor bewaring en/of productie van plantaardige producten worden vrijgesteld van de ventilatie-eisen. Alle overige ruimtes waar personen werken en/of verblijven dienen te voldoen aan de bestaande ventilatienormen.
- Aparte koel-, productie- of bewaarcellen binnen de loods vallen niet onder de EPB-regelgeving.
Meer info?
Alle eisen en toepassingen m.b.t. de EPB-regelgeving vindt u terug op www.energiesparen.be/EPB-pedia/indeling-gebouw/bestemming
Enerpedia
Energiemaatregelen om energie te besparen of te produceren vindt u op www.enerpedia.be
Op www.enerpedia.be vindt u een antwoord op uw vragen rond energiebesparing en hernieuwbare energie met betrekking tot landbouw. De partners van Enerpedia sensibiliseren, adviseren en begeleiden land- en tuinbouwbedrijven om efficiënt met energie om te gaan.
Enerpedia is een samenwerking van 13 landbouwproefcentra in Vlaanderen, waarbij al hun kennis, studiedagen, nieuws rond energie in de land- en tuinbouw gebundeld wordt in 1 website. De algemene coördinatie van Enerpedia ligt bij Inagro.
Sinds 2014 wordt Enerpedia gefinancierd door het Vlaams Klimaatfonds van de Vlaamse overheid in het kader van de uitvoering van het Vlaams Klimaatplan 2013-2020.
VLIF-steun voor energie-investeringen in de landbouw
Via VLIF-investeringssteun worden investeringen zoals warmtepompen, zonneboilers, warmtekrachtkoppeling, en warmteterugwinningssystemen voor 30% van de subsidiabele kosten terugbetaald aan de land- en tuinbouwer.
Voor de volledige lijst van subsidiabele investeringen en meer info m.b.t. de aanvraagprocedure en de voorwaarden, zie www.vlaanderen.be/landbouw/VLIF.