Op deze pagina:
Algemeen
Vogelgriep of aviaire influenza (AI) is een zeer besmettelijke virusziekte voor alle vogelsoorten. Ook de verschillende pluimveesoorten die gehouden worden op pluimveebedrijven zijn dus gevoelig voor de ziekte zoals kippen, kalkoenen, eenden, ganzen, fazanten, parelhoenders, kwartels en patrijzen.
Besmettingen met vogelgriep worden verdeeld in 2 groepen op basis van de pathogeniciteit van het virus:
- Hoog pathogene aviaire influenza (HPAI):
wordt gekenmerkt door een snelle verspreiding van de ziekte met een hoog ziekte- en sterftepercentage - Laag pathogene aviaire influenza (LPAI):
wordt gekenmerkt door een milder ziekteverloop, al zijn hierbij uitzonderingen mogelijk met een hoog ziekte- en sterftepercentage
Besmetting van pluimvee kan plaatsvinden via direct contact met zieke dieren, of door blootstelling aan besmet materiaal, zoals mest of vuile kratten. Indirecte besmetting via de lucht over relatief korte afstand is ook mogelijk.
Een belangrijke besmettingsbron zijn wilde watervogels omdat zij vaak optreden als reservoirdieren. Dit wil zeggen dat zij drager zijn van de ziekte zonder zelf zichtbaar ziek te zijn. Mest van deze dieren kan ongemerkt in de stal worden gebracht (via vuile schoenen bijvoorbeeld) en zo een besmetting bij pluimvee veroorzaken.
Meer informatie over vogelgriep?
- Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen - Vogelgriep
- Diergezondheidszorg Vlaanderen
- Europese Commissie
Belang van bioveiligheid
Het vermijden van besmetting is zeer belangrijk en hierbij speelt bioveiligheid een cruciale rol. Bioveiligheid omvat de maatregelen die het risico op insleep en versleep van ziekteverwekkers op het bedrijf beperken. Externe bioveiligheid bestaat uit maatregelen waarmee dierziekten buiten het bedrijf gehouden worden. Interne bioveiligheid bestaat uit maatregelen waarmee een verdere verspreiding van dierziekten binnen het bedrijf wordt tegengegaan.
Het Agentschap Landbouw en Zeevisserij zet in op sensibilisering omtrent bioveiligheid en preventieve gezondheidszorg op het landbouwbedrijf door middel van diverse voorlichtingsactiviteiten (studiedagen, video’s, brochures, demonstratieprojecten, persberichten,…):
- Videoreportage PlattelandsTV over preventieve gezondheidszorg
- Video externe bioveiligheid
- Bioveiligheid: maatregelen om de insleep en versleep van ziekteverwekkers op het rundveebedrijf te vermijden (2018)
- Samenvattende brochure over bioveiligheid
- Aandachtspunten voor het gebruik van biociden
Nog meer informatie over bioveiligheid en preventieve maatregelen op het pluimveebedrijf:
VLIF-investeringssteun
U kunt ook VLIF-steun aanvragen voor verschillende investeringen die de bioveiligheid op het landbouwbedrijf vergroten. Zo is er een VLIF-steun van 30% mogelijk voor een inweekinstallatie om voor het reinigen de stal te weken en voor gekoelde kadaveropslag (bovengronds en ondergronds). Voor de installatie van een sanitair sas is er 15% steun.
Wat bij een ophokplicht?
Eén van de mogelijke maatregelen om ziekte-insleep op het pluimveebedrijf te voorkomen bij een dreiging van vogelgriep, is het ophokken van pluimvee waarbij de dieren niet langer toegang krijgen tot de buitenbeloop. Een dergelijke maatregel is aangeraden in het kader van bioveiligheid als er een risico is op besmetting via wilde vogels, maar dit heeft gevolgen voor de vermarkting van pluimveevlees en eieren.
De Europese regelgeving rond handelsnormen voor pluimveevlees en eieren stelt namelijk dat om deze in de handel te mogen brengen onder de noemer ‘afkomstig van vrije uitloop’, de toegang tot de vrije uitloop niet mag beperkt worden. Bij het ophokken van vleeskippen (vb. hoevekip met vrije uitloop’) of leghennen (code 1-eieren) vervalt bijgevolg de status van ‘afkomstig van vrije uitloop’.
Er zijn echter wel uitzonderingen wanneer er een ophokplicht door de federale overheid wordt ingesteld in het kader van het Europees recht ter bescherming van de gezondheid van mens en dier zodat de status ‘vrije uitloop’ niet onmiddellijk verloren is:
- vleeskippen mogen gedurende maximaal 12 weken opgehokt worden;
- leghennen mogen gedurende maximaal 16 weken opgehokt worden.
Deze uitzondering geldt enkel voor hoogpathogene vogelgriep (HPAI) omdat er enkel in dit geval sprake is van Europees recht waarop het FAVV zich kan baseren om een ophokplicht in te stellen.
Voor pluimveevlees en eieren afkomstig van de biologische productie gelden andere voorwaarden in het geval van een ophokplicht.
Meer informatie over handelsnormen?
- Etikettering van het houderijsysteem bij pluimveevlees
- Etikettering van het houderijsysteem bij consumptie-eieren
- Biologische productie
Contactgegevens
- Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen - Vogelgriep
- Agentschap Landbouw en Zeevisserij
- algemeen nummer: Tel. 02 214 48 48
- algemeen mailadres: info@lv.vlaanderen.be
- vragen in verband met bioveiligheid/sensibilisering:
Koning Albert II-laan 15, bus 360
1210 Brussel
België
Koning Albert II-laan 15, bus 363
1210 Brussel
België