Wat betekent het stikstofdecreet voor elke vleesveehouder?

Op 22 februari 2024 werd het stikstofdecreet gepubliceerd. In het stikstofdecreet zijn zowel de reductiedoelstellingen voor ammoniak op sectorniveau als op bedrijfsniveau voor melkvee, vleesvee en mestkalveren opgenomen. We zetten de concrete doelstellingen voor de vleeshouder hier op een rij: 

Tegen 31 december 2025

Elke vleesveehouder moet minimaal 5% ammoniakemissie (t.o.v. referentiejaar 2021) reduceren tegen 31 december 2025. Dit kan door een maatregel uit de PAS-lijst toe te passen, of door het verminderen van het aantal dieren of een combinatie van beiden. Voor vleesvee is het beweiden in combinatie van leegstand in de stal een erkende PAS-maatregel. 

Naast een aangifte in de mestbankaangifte zal de vleesveehouder ook een melding moeten indienen zodat de maatregel in de bestaande vergunning wordt opgenomen. 

Evaluatie  op sectorniveau in 2026

In de loop van het jaar 2026 zal de rundveesector geëvalueerd worden. Voor de vleesveesector betekent dit dat de ammoniakemissies in deze sector niet mogen gestegen zijn ten opzichte van 2021. Mocht dit wel het geval zijn, dan kan er een opkoopregeling van nutriëntenemissierechten (NER’s) opgestart worden. In een eerste fase, tot 31 december 2027, zal dit op vrijwillige basis gebeuren maar vanaf 1 januari 2028 voorziet het stikstofdecreet een gedwongen opkoop. De gedetailleerde regels moeten hiervoor nog uitgewerkt worden. 

Vleesveehouders die een reductie van 15% realiseren ten opzichte van 2015, worden vrijgesteld van deze gedwongen opkoop van NER’s. 

Tegen 31 december 2030

Als de ammoniakemissies van de vleesveesector niet stijgen, zullen er ook geen bijkomende reducties, boven op de reeds 5% gerealiseerde reductie tegen eind 2025, moeten gerealiseerd worden tegen 31 december 2030. 

Vanaf 2026 worden de doelstellingen voor de rundveesector jaarlijks geëvalueerd en kunnen de reductiepercentages die tegen 31 december 2030 moeten worden gerealiseerd, nog aangepast worden. Dit zal voor de vleesveesector enkel het geval zijn mocht er een grote stijging van de emissies plaatsvinden in de vleesveesector. Aangezien de vleesveesector al sinds 2015 een krimpende sector is, en de vleesveebedrijven ook 5 % moeten reduceren tegen eind 2025, wordt verwacht dat er geen bijkomende reducties zullen volgen. 

Tijdelijke vergunning of vergunning van onbepaalde duur

Wanneer het bedrijf geen maatregelen neemt, kan een tijdelijke vergunning aangevraagd worden tot eind december 2025. Er kan voor de vleesveesector ook een vergunning voor onbepaalde duur aangevraagd worden zonder extra reducties bovenop de 5% reductie tegen eind 2025. Ingeval er 15% zou worden gereduceerd om vrijgesteld te zijn van een gedwongen opkoopregeling van NER’s, kan ook een vergunning van onbepaalde duur worden aangevraagd. 

Vergunning tot  31 december 2025: Geen maatregelen tegen eind 2025 - Vergunning  tot eind 2030 of onbepaalde duur (na 31 december 2030): 5 % reductie tegen eind 2025 Melding/mestbankaangifte

Meer informatie

Delen: